Er is geen ontkomen aan: iedereen betaalt op de een of andere manier belasting. Maar soms lijken we te vergeten dat we in Nederland ook recht kunnen hebben op ondersteuning in de vorm van toeslagen. Want niet iedereen maakt er gebruik van, zo blijkt uit de gegevens van het Centraal Planbureau. Van de rechthebbenden vroeg 10% in 2019 geen huurtoeslag aan en deed maar liefst 15% geen beroep op het kindgebonden budget. En uit ervaring weten we dat ook studenten nogal eens de toeslagenboot missen (huur en zorgtoeslag). Tijd dus om een en ander even voor u op een rijtje te zetten.
De Toeslagen
Er zijn in totaal 4 toeslagen: de Zorgtoeslag, de Huurtoeslag, de Kinderopvangtoeslag en het Kindgebonden budget, elk met eigen voorwaarden en bedragen.
Zorgtoeslag
Iedereen die in Nederland woont en 18 jaar of ouder is, is verplicht om een eigen Zorgverzekering te hebben en dus kan iedereen vanaf die leeftijd Zorgtoeslag aanvragen. Om in aanmerking te komen voor deze toeslag mogen het inkomen en het vermogen niet te hoog zijn (Zie kader "Inkomen en vermogen"). De Zorgtoeslag bedraagt maximaal € 107,00 per maand als u geen toeslagpartner hebt en maximaal € 207,00 per maand als u wel een toeslagpartner hebt. (2021). Voor 2020 was dit respectievelijk € 104,00 en € 199,00.
Het maakt niet uit wie de premie voor de Zorgverzekering betaalt. Ook als de ouders de Zorgverzekering van hun kind betalen, heeft het kind recht op Zorgtoeslag!!
Huurtoeslag
Deze toeslag is voor huurders die een zelfstandige woonruimte huren. In principe is dat een woonruimte met een eigen toegangsdeur die op slot kan, een eigen keuken en een eigen wc. Zoveel huurders, zoveel situaties en daarmee is niets teveel gezegd. Want hoewel de huurtoeslag is bedoeld voor huurders die een zelfstandige woonruimte huren, als de zelfstandige woonruimte een recreatiewoning of woonboot is, is deze toeslag niet van toepassing. Andersom geldt de regeling juist wel weer voor voordeurdelers en ook voor bewoners van studentencomplexen als die woning voor 1 juli 1997 was aangewezen voor de huursubsidie. Meer details hierover op de toeslagen-site www.toeslagen.nl
Om in aanmerking te komen voor huurtoeslag moet de aanvrager minimaal 18 jaar zijn (met uitzondering van wezen of als de aanvrager een kind heeft). De rekenhuur, dat is de kale huur plus servicekosten, mag niet te hoog zijn. Voor jongeren onder de 23 ligt de grens op € 442,46 (432,51 in 2020), voor anderen ligt die op € 752,33 (737,14 in 2020). Verder mag de aanvrager niet teveel verdienen en/of een te groot vermogen hebben. Hoe hoog het inkomen mag zijn, hangt af van uw huur, uw leeftijd en de samenstelling van uw huishouden. (Zie het kader "Inkomen en vermogen").
De huurtoeslag kent allerlei uitzonderingen: voor minderjarigen, voor gehandicapten, voor huishoudens van 8 of meer personen, bij langdurige verzorging thuis, bij opname van een van de partners in een verpleeghuis, etc. Vanaf het moment dat bijvoorbeeld een van de toeslagpartners op het adres van een verpleeg- of verzorgingshuis is ingeschreven, zijn ze voor de huurtoeslag geen toeslagpartners meer (voor andere toeslagen gelden andere regels !) Omdat het inkomen van degene die werd opgenomen niet meer meetelt, kan de huurtoeslag van de achtergebleven partner hoger maar ook lager worden. Houdt u daar rekening mee.
Verblijft uw toeslagpartner of uw medebewoner langer dan een jaar in een verpleeghuis, psychiatrisch ziekenhuis of gevangenis maar staat deze persoon nog wel ingeschreven op het woonadres? Dan kunt u bij de Belastingdienst met het formulier "Verzoek bijzondere situatie huurtoeslag", vragen deze persoon niet meer mee te tellen voor de huurtoeslag.
Krijgt u huurtoeslag maar wordt uw huur door huurverhoging te hoog? Dan behoudt u recht op grond van "verworven recht". Bent u in het verleden uw huurtoeslag kwijtgeraakt terwijl u dat verworven recht wel had? Neem dan voor 1 juli 2021 contact op met de Belastingtelefoon 0800-0543. Meer informatie op www.toeslagen.nl, zoeken op "verworven recht".
Krijgt u huurverhoging? Of een huurverlaging, bijvoorbeeld de eenmalige die u dit jaar onder voorwaarden kunt aanvragen, zie www.rijksoverheid.nl, zoeken op "eenmalige huurverlaging"? In de praktijk blijken verhuurders wijzigingen in de huur niet altijd aan de Belastingdienst door te geven. Check uw gegevens op www.toeslagen.nl en pas ze indien nodig aan.
Kinderopvangtoeslag
Voor de opvang van kinderen bij een kinderdagverblijf, BSO (Buitenschoolse opvang) of gastouder kan kinderopvangtoeslag worden aangevraagd. De belangrijkste voorwaarden:
1) De opvang moet geregistreerd zijn in het Landelijk Register Kinderopvang (U kunt dit checken op www.toeslagen.nl
2) Er moet een contract zijn.
3) U en uw partner moeten in principe beide werken (bij werkloosheid bestaat nog 3 maanden recht op kinderopvangtoeslag en soms kan het tijdens het volgen van een opleiding ook recht op
kinderopvangtoeslag bestaan). Sinds 2021 is het ook mogelijk om kinderopvangtoeslag aan te vragen als een van de partners niet werkt, maar permanente indicatie heeft op grond van de
Wlz.
Het aantal uren waarvoor kinderopvangtoeslag kunt krijgen is afhankelijk van het aantal uren dat u werkt. Voor 2020 geldt een uitzondering: werkte u door de coronacrisis minder uren per maand dan u verwachtte? Dan krijgt u toch gewoon toeslag voor de opvanguren die u doorbetaalde, ook toen de kinderopvang gesloten was. De kinderopvangtoeslag kent geen Inkomens- en vermogensgrenzen.
Kindgebonden Budget
Het Kindgebonden budget, ook wel kindertoeslag genoemd, is bedoeld als tegemoetkoming in de kosten voor kinderen tot 18 jaar. Het gaat hier om een extra toeslag die los staat van de kinderopvangtoeslag en de kinderbijslag. De hoogte van het maximale kindgeboden budget hangt af van het aantal kinderen en hun leeftijd. Als kinderen 12 en 16 worden stijgt het kindgebonden budget, als extra tegemoetkoming in de schoolkosten. Het kindgebonden budget is stevig: bij twee kinderen kan het oplopen tot € 5468,00 per jaar. Er is een vermogenstoets en de toeslag is inkomensafhankelijk. (Zie het kader "Inkomen en vermogen".
Ouders die een van de andere toeslagen krijgen, krijgen automatisch het kindgebonden budget uitbetaald als ze daar recht op hebben. Is dat bij u niet het geval, dan moet u zelf even checken of u recht heeft op kindgebonden budget en deze toeslag aanvrgen als dat het geval is.
Aanvragen
De meeste toeslagen kunt u tot 1 september van het jaar erna aanvragen. Dit geldt niet voor de kinderopvangtoeslag. Die moet u aanvragen binnen 3 maanden na de maand waarin uw kind voor het eerst naar de opvang toegaat. Gaat uw kind in juni daar voor het eerst heen, dan moet u de kinderopvangtoeslag uiterlijk in september aanvragen. Vraagt u deze toeslag een paar maanden te laat aan, dan mist u dus geld over de maanden. Voor het aanvragen van de andere toeslagen over 2020 heeft u nog tot 1 september 2021 de tijd. Het proces is simpel en kunt u zelf eenvoudig en gratis doen. (log in met uw DigiD op www.toeslagen.nl).
Checken
U hoeft uw toeslagen niet elk jaar opnieuw aan te vragen; de Belastingdienst stuurt u aan het eind van het kalenderjaar automatisch een nieuwe voorschotbeschikking voor het jaar erop. Check wel aan het begin van het kalenderjaar en gedurende het jaar een of twee keer of de gegevens van de Belastingdienst nog up-to-date zijn. Samenwonen, trouwen, scheiden, overlijden, geboorte, verhuizen, wisseling van baan, stoppen met werken, het ontvangen van een transitievergoeding, het ingaan van een lijfrente-uitkering, een andere rente voor uw hypotheek (en zelfs aflossing), een erfenis of een schenking, het zijn allemaal zaken die direct van invloed kunnen zijn op het recht op en/of de hoogte van de toeslagen. Geef wijzigingen daarom zo snel mogelijk door aan de Belastingdienst via www.toeslagen.nl. Zo voorkomt u dat u achteraf veel moet terugbetalen. Gaat het om box 3 vermogen, dan is de waarde ervan op 1 januari van het betreffende kalenderjaar van belang. Stijgt uw vermogen na 1 januari van het betreffende jaar, dan heeft dat dus hooguit invloed op de toeslagen van het jaar erop.
Is uw inkomen mogelijk te hoog voor de toeslag(en)? Zet uw toeslag(en) dan niet stop, maar geef het hoge(re) inkomen door. De Belastingdienst verlaagt de relevante toeslag(en) naar nul maar checkt achteraf voor dat jaar automatisch of u nog ergens recht op heeft. Zo hoeft u niet opnieuw de toeslag(en) aan te vragen. Gemak dient de mens, nietwaar?
Elke toeslag krijgt u in de vorm van een voorschot. Achteraf wordt gekeken of u recht had op de toeslag en tot welk bedrag precies. In het jaar van overlijden van een fiscaal partner wordt het vermogen van beide fiscaal partners voor de toeslagen apart beoordeeld. Probeer het vermogen in de aangifte Inkomstenbelasting zodanig te verdelen dat de vermogenstoets bij geen van beide fiscaal partners gevolgen heeft. Is er teveel vermogen, verdeel het dan op een zodanige manier dat een van beide fiscaal partners geen last heeft van de vermogenstoets. Op deze manier haalt u het maximale uit de toeslagen.
Inkomen en Vermogen
De grensbedragen voor het inkomen en vermogen veranderen jaarlijks door inflatiecorrectie en door inkomenspolitiek. Daardoor kan het voorkomen dat u het ene jaar geen recht had op toeslag(en) en het jaar erna wel. Of andersom. Daarom moet u elk jaar checken of u (nog) recht heeft op uw toeslag(en). Dit is de stand van zaken voor 2020 en 2021.
Inkomen
Voor alle toeslagen wordt gekeken naar het "verzamelinkomen" van het betreffende kalenderjaar. Dit inkomen in box 1, 2 en 3 opgeteld, na aftrek van alle aftrekposten. U vindt het bedrag ervan in uw aangifte en op uw aanslag Inkomstenbelasting. Ontvangt u om wat voor reden dan ook geen belastingaanslag, dan is uw loon uw verzamelinkomen.
soort toeslag inkomen
Zorgtoeslag Maximuminkomen zonder toeslagpartner € 31.138,00, maximaalinkomen met toeslagpartner € 39.979,00 (In 2020 respectievelijk € 30.481,00 en € 38.945,00.
Huurtoeslag Het maximuminkomen is afhankelijk van de hoogte van de huur, de leeftijd en de samenstelling van het huishouden; het inkomen van medebewoners telt mee,
het inkomen van onderhuurders niet; van een thuiswonend kind dat op 1 januari jonger was dan 23 jaar, telt de eerste € 5044,00 (€ 4964,00 in 2020) inkomen
niet mee.
Kinderopvangtoeslag Geen maximuminkomen
Kindgebonden Budget Alleenstaande ouders: het kgb is maximaal bij een inkomen tot en met € 21.835,00 (€ 21.431,00 in 2020).
Ouders met toeslagpartner: het kgb maximaal bij inkomens t/m € 38.853,00 (€ 38.181,00 in 2020); verdient u meer, dan wordt over het meerdere een afbouw-
percentage van 6,75% toegepast, waardoor het kgb naar € 0 terugloopt.
Vermogen
Voor de Zorgtoeslag, huurtoeslag en het kindgebonden budget geldt een vermogenstoets. Hierbij wordt gekeken naar het box 3- vermogen (voor 2020 peildatum 01-01-2020,
voor 2021 peildatum 01-01-2021). Of u in de loop van het jaar meer of juist minder vermogen heeft, maakt voor de toeslagen van het betreffende jaar dus niet uit. Vrijgestelde groene
beleggingen tellen voor de toeslagen wel mee als vermogen. De overwaarde van de eigen woning telt niet mee.
soort toeslag vermogen zonder toeslagpartner vermogen met toeslagpartner
2020 2021 2020 2021
huurtoeslag* € 30.846,00 € 31.340,00 € 61.692,00 € 62.680,00
zorgtoeslag € 116.613,00 € 118.479,00 € 147.459,00 € 149.819,00
kindgebondenbudget € 116.613,00 € 118.479,00 € 147.459,00 € 149.819,00
* Voor de huurtoeslag telt het vermogen van de medebewoner(s) mme; het maximale bedrag dat elke medebewoner/partner mag hebben staat onder "vermogen zonder toeslagpartner". Onder "vermogen met toeslagpartner" staat het bedrag dat geldt voor een situatie waarbij alleen sprake is van 2 partners.
Bijzonder inkomen en vermogen
U kunt de Belastingdienst vragen "bijzonder inkomen" (op www.toeslagen.nl vindt u een overzicht) niet mee te laten tellen voor de huurtoeslag. Zoek op "huurtoeslag bijzonder" en ga dan naar
"een nabetaling, uitkering of afkoopsom die niet meetelt voor de huurtoeslag". Daar vindt u ook een link naar het formulier "Verzoek bijzondere situatie huurtoeslag" waarmee u de aanvraag kunt indienen. Dit kan tot 5 jaar na het jaar waarin u bijzondere inkomen kreeg ( in 2021 dus voor de jaren 2016 t/m 2021).
Ook "bijzonder vermogen" kan buiten beschouwing blijven voor het recht op toelsagen. Denk bijvoorbeeld aan vermogen van pleegkinderen, vermogen van een minderjarig kind waar u niet
aan kunt komen door een zgn "BEM-clausule" (Belegging Erfenis en andere gelden Minderjarige) en bepaalde schadevergoedingen. Een vanwege de kinderopvangtoeslagaffaire ontvangen
compensatie telt de eerste 3 jaar ook niet mee voor de vermogenstoets (voor huurtoeslag, zorgtoeslag en kindgebonden budget). De nabetaling van kindgebonden budget vanwege herstel fout van de Belastingdienst over de periode 2013 t/m 2017 telt ook niet mee voor de toeslagen in het jaar erna (een nabetaling in 2020 telt dus niet mee voor 2021). Net als bij het bijzondere inkomen het
geval is, moet u zelf het verzoek indienen dat deze vermogensbestanddelen niet meetellen voor de toeslagen. (Vul hiervoor het formulier "Verzoek bijzonder vermogen toeslagen" in op www.toeslagen.nl Ook deze aanvraag kunt u indienen tot 5 jaar na het jaar waarin van dit bijzondere vermogen sprake was.
10%-regeling
Heeft u niet het hele jaar een toeslagpartner of medebewoner? En is diens inkomen na zijn of haar vertrek of de beeindiging van het partnerschap hoger? Dat kan bijvoorbeeld het geval zijn als uw kind na de studie de deur uit gaat en (meer) geld gaat verdienen, of als uw ex na de scheiding een hoger inkomen krijgt dan toen u nog bij elkaar was. Als hoofdregel telt dat extra inkomen mee voor uw toeslagen, maar dat kunt u in sommige gevallen voorkomen op grond van de zgn. "10%-regeling". Ook als uw toeslagpartner overlijdt, kunt u een beroep doen op de 10%-regeling (en wel als de toeslag op diens naam stond en uw eigen inkomen meer dan 10% is toegenomen, bijvoorbeeld als gevolg van nabestaandenpensioen).
Details over deze rgeling vindt u op www.toeslagen.nl, zoeken op 10%-regeling. U vindt dan ook het formulier "verzoek 10%-regeling voor toeslagen". U kunt de aanvraag tot 5 jaar na het jaar waar het verzoek over gaat !
Heeft u hulp nodig? HEJO Advies & Administratie voorziet u graag van advies en helpen u bij het aanvragen van de diverse toeslagen. Neem NU contact met ons op via onze contactpagina op deze website !!
De Toeslagen
Er zijn in totaal 4 toeslagen: de Zorgtoeslag, de Huurtoeslag, de Kinderopvangtoeslag en het Kindgebonden budget, elk met eigen voorwaarden en bedragen.
Zorgtoeslag
Iedereen die in Nederland woont en 18 jaar of ouder is, is verplicht om een eigen Zorgverzekering te hebben en dus kan iedereen vanaf die leeftijd Zorgtoeslag aanvragen. Om in aanmerking te komen voor deze toeslag mogen het inkomen en het vermogen niet te hoog zijn (Zie kader "Inkomen en vermogen"). De Zorgtoeslag bedraagt maximaal € 107,00 per maand als u geen toeslagpartner hebt en maximaal € 207,00 per maand als u wel een toeslagpartner hebt. (2021). Voor 2020 was dit respectievelijk € 104,00 en € 199,00.
Het maakt niet uit wie de premie voor de Zorgverzekering betaalt. Ook als de ouders de Zorgverzekering van hun kind betalen, heeft het kind recht op Zorgtoeslag!!
Huurtoeslag
Deze toeslag is voor huurders die een zelfstandige woonruimte huren. In principe is dat een woonruimte met een eigen toegangsdeur die op slot kan, een eigen keuken en een eigen wc. Zoveel huurders, zoveel situaties en daarmee is niets teveel gezegd. Want hoewel de huurtoeslag is bedoeld voor huurders die een zelfstandige woonruimte huren, als de zelfstandige woonruimte een recreatiewoning of woonboot is, is deze toeslag niet van toepassing. Andersom geldt de regeling juist wel weer voor voordeurdelers en ook voor bewoners van studentencomplexen als die woning voor 1 juli 1997 was aangewezen voor de huursubsidie. Meer details hierover op de toeslagen-site www.toeslagen.nl
Om in aanmerking te komen voor huurtoeslag moet de aanvrager minimaal 18 jaar zijn (met uitzondering van wezen of als de aanvrager een kind heeft). De rekenhuur, dat is de kale huur plus servicekosten, mag niet te hoog zijn. Voor jongeren onder de 23 ligt de grens op € 442,46 (432,51 in 2020), voor anderen ligt die op € 752,33 (737,14 in 2020). Verder mag de aanvrager niet teveel verdienen en/of een te groot vermogen hebben. Hoe hoog het inkomen mag zijn, hangt af van uw huur, uw leeftijd en de samenstelling van uw huishouden. (Zie het kader "Inkomen en vermogen").
De huurtoeslag kent allerlei uitzonderingen: voor minderjarigen, voor gehandicapten, voor huishoudens van 8 of meer personen, bij langdurige verzorging thuis, bij opname van een van de partners in een verpleeghuis, etc. Vanaf het moment dat bijvoorbeeld een van de toeslagpartners op het adres van een verpleeg- of verzorgingshuis is ingeschreven, zijn ze voor de huurtoeslag geen toeslagpartners meer (voor andere toeslagen gelden andere regels !) Omdat het inkomen van degene die werd opgenomen niet meer meetelt, kan de huurtoeslag van de achtergebleven partner hoger maar ook lager worden. Houdt u daar rekening mee.
Verblijft uw toeslagpartner of uw medebewoner langer dan een jaar in een verpleeghuis, psychiatrisch ziekenhuis of gevangenis maar staat deze persoon nog wel ingeschreven op het woonadres? Dan kunt u bij de Belastingdienst met het formulier "Verzoek bijzondere situatie huurtoeslag", vragen deze persoon niet meer mee te tellen voor de huurtoeslag.
Krijgt u huurtoeslag maar wordt uw huur door huurverhoging te hoog? Dan behoudt u recht op grond van "verworven recht". Bent u in het verleden uw huurtoeslag kwijtgeraakt terwijl u dat verworven recht wel had? Neem dan voor 1 juli 2021 contact op met de Belastingtelefoon 0800-0543. Meer informatie op www.toeslagen.nl, zoeken op "verworven recht".
Krijgt u huurverhoging? Of een huurverlaging, bijvoorbeeld de eenmalige die u dit jaar onder voorwaarden kunt aanvragen, zie www.rijksoverheid.nl, zoeken op "eenmalige huurverlaging"? In de praktijk blijken verhuurders wijzigingen in de huur niet altijd aan de Belastingdienst door te geven. Check uw gegevens op www.toeslagen.nl en pas ze indien nodig aan.
Kinderopvangtoeslag
Voor de opvang van kinderen bij een kinderdagverblijf, BSO (Buitenschoolse opvang) of gastouder kan kinderopvangtoeslag worden aangevraagd. De belangrijkste voorwaarden:
1) De opvang moet geregistreerd zijn in het Landelijk Register Kinderopvang (U kunt dit checken op www.toeslagen.nl
2) Er moet een contract zijn.
3) U en uw partner moeten in principe beide werken (bij werkloosheid bestaat nog 3 maanden recht op kinderopvangtoeslag en soms kan het tijdens het volgen van een opleiding ook recht op
kinderopvangtoeslag bestaan). Sinds 2021 is het ook mogelijk om kinderopvangtoeslag aan te vragen als een van de partners niet werkt, maar permanente indicatie heeft op grond van de
Wlz.
Het aantal uren waarvoor kinderopvangtoeslag kunt krijgen is afhankelijk van het aantal uren dat u werkt. Voor 2020 geldt een uitzondering: werkte u door de coronacrisis minder uren per maand dan u verwachtte? Dan krijgt u toch gewoon toeslag voor de opvanguren die u doorbetaalde, ook toen de kinderopvang gesloten was. De kinderopvangtoeslag kent geen Inkomens- en vermogensgrenzen.
Kindgebonden Budget
Het Kindgebonden budget, ook wel kindertoeslag genoemd, is bedoeld als tegemoetkoming in de kosten voor kinderen tot 18 jaar. Het gaat hier om een extra toeslag die los staat van de kinderopvangtoeslag en de kinderbijslag. De hoogte van het maximale kindgeboden budget hangt af van het aantal kinderen en hun leeftijd. Als kinderen 12 en 16 worden stijgt het kindgebonden budget, als extra tegemoetkoming in de schoolkosten. Het kindgebonden budget is stevig: bij twee kinderen kan het oplopen tot € 5468,00 per jaar. Er is een vermogenstoets en de toeslag is inkomensafhankelijk. (Zie het kader "Inkomen en vermogen".
Ouders die een van de andere toeslagen krijgen, krijgen automatisch het kindgebonden budget uitbetaald als ze daar recht op hebben. Is dat bij u niet het geval, dan moet u zelf even checken of u recht heeft op kindgebonden budget en deze toeslag aanvrgen als dat het geval is.
Aanvragen
De meeste toeslagen kunt u tot 1 september van het jaar erna aanvragen. Dit geldt niet voor de kinderopvangtoeslag. Die moet u aanvragen binnen 3 maanden na de maand waarin uw kind voor het eerst naar de opvang toegaat. Gaat uw kind in juni daar voor het eerst heen, dan moet u de kinderopvangtoeslag uiterlijk in september aanvragen. Vraagt u deze toeslag een paar maanden te laat aan, dan mist u dus geld over de maanden. Voor het aanvragen van de andere toeslagen over 2020 heeft u nog tot 1 september 2021 de tijd. Het proces is simpel en kunt u zelf eenvoudig en gratis doen. (log in met uw DigiD op www.toeslagen.nl).
Checken
U hoeft uw toeslagen niet elk jaar opnieuw aan te vragen; de Belastingdienst stuurt u aan het eind van het kalenderjaar automatisch een nieuwe voorschotbeschikking voor het jaar erop. Check wel aan het begin van het kalenderjaar en gedurende het jaar een of twee keer of de gegevens van de Belastingdienst nog up-to-date zijn. Samenwonen, trouwen, scheiden, overlijden, geboorte, verhuizen, wisseling van baan, stoppen met werken, het ontvangen van een transitievergoeding, het ingaan van een lijfrente-uitkering, een andere rente voor uw hypotheek (en zelfs aflossing), een erfenis of een schenking, het zijn allemaal zaken die direct van invloed kunnen zijn op het recht op en/of de hoogte van de toeslagen. Geef wijzigingen daarom zo snel mogelijk door aan de Belastingdienst via www.toeslagen.nl. Zo voorkomt u dat u achteraf veel moet terugbetalen. Gaat het om box 3 vermogen, dan is de waarde ervan op 1 januari van het betreffende kalenderjaar van belang. Stijgt uw vermogen na 1 januari van het betreffende jaar, dan heeft dat dus hooguit invloed op de toeslagen van het jaar erop.
Is uw inkomen mogelijk te hoog voor de toeslag(en)? Zet uw toeslag(en) dan niet stop, maar geef het hoge(re) inkomen door. De Belastingdienst verlaagt de relevante toeslag(en) naar nul maar checkt achteraf voor dat jaar automatisch of u nog ergens recht op heeft. Zo hoeft u niet opnieuw de toeslag(en) aan te vragen. Gemak dient de mens, nietwaar?
Elke toeslag krijgt u in de vorm van een voorschot. Achteraf wordt gekeken of u recht had op de toeslag en tot welk bedrag precies. In het jaar van overlijden van een fiscaal partner wordt het vermogen van beide fiscaal partners voor de toeslagen apart beoordeeld. Probeer het vermogen in de aangifte Inkomstenbelasting zodanig te verdelen dat de vermogenstoets bij geen van beide fiscaal partners gevolgen heeft. Is er teveel vermogen, verdeel het dan op een zodanige manier dat een van beide fiscaal partners geen last heeft van de vermogenstoets. Op deze manier haalt u het maximale uit de toeslagen.
Inkomen en Vermogen
De grensbedragen voor het inkomen en vermogen veranderen jaarlijks door inflatiecorrectie en door inkomenspolitiek. Daardoor kan het voorkomen dat u het ene jaar geen recht had op toeslag(en) en het jaar erna wel. Of andersom. Daarom moet u elk jaar checken of u (nog) recht heeft op uw toeslag(en). Dit is de stand van zaken voor 2020 en 2021.
Inkomen
Voor alle toeslagen wordt gekeken naar het "verzamelinkomen" van het betreffende kalenderjaar. Dit inkomen in box 1, 2 en 3 opgeteld, na aftrek van alle aftrekposten. U vindt het bedrag ervan in uw aangifte en op uw aanslag Inkomstenbelasting. Ontvangt u om wat voor reden dan ook geen belastingaanslag, dan is uw loon uw verzamelinkomen.
soort toeslag inkomen
Zorgtoeslag Maximuminkomen zonder toeslagpartner € 31.138,00, maximaalinkomen met toeslagpartner € 39.979,00 (In 2020 respectievelijk € 30.481,00 en € 38.945,00.
Huurtoeslag Het maximuminkomen is afhankelijk van de hoogte van de huur, de leeftijd en de samenstelling van het huishouden; het inkomen van medebewoners telt mee,
het inkomen van onderhuurders niet; van een thuiswonend kind dat op 1 januari jonger was dan 23 jaar, telt de eerste € 5044,00 (€ 4964,00 in 2020) inkomen
niet mee.
Kinderopvangtoeslag Geen maximuminkomen
Kindgebonden Budget Alleenstaande ouders: het kgb is maximaal bij een inkomen tot en met € 21.835,00 (€ 21.431,00 in 2020).
Ouders met toeslagpartner: het kgb maximaal bij inkomens t/m € 38.853,00 (€ 38.181,00 in 2020); verdient u meer, dan wordt over het meerdere een afbouw-
percentage van 6,75% toegepast, waardoor het kgb naar € 0 terugloopt.
Vermogen
Voor de Zorgtoeslag, huurtoeslag en het kindgebonden budget geldt een vermogenstoets. Hierbij wordt gekeken naar het box 3- vermogen (voor 2020 peildatum 01-01-2020,
voor 2021 peildatum 01-01-2021). Of u in de loop van het jaar meer of juist minder vermogen heeft, maakt voor de toeslagen van het betreffende jaar dus niet uit. Vrijgestelde groene
beleggingen tellen voor de toeslagen wel mee als vermogen. De overwaarde van de eigen woning telt niet mee.
soort toeslag vermogen zonder toeslagpartner vermogen met toeslagpartner
2020 2021 2020 2021
huurtoeslag* € 30.846,00 € 31.340,00 € 61.692,00 € 62.680,00
zorgtoeslag € 116.613,00 € 118.479,00 € 147.459,00 € 149.819,00
kindgebondenbudget € 116.613,00 € 118.479,00 € 147.459,00 € 149.819,00
* Voor de huurtoeslag telt het vermogen van de medebewoner(s) mme; het maximale bedrag dat elke medebewoner/partner mag hebben staat onder "vermogen zonder toeslagpartner". Onder "vermogen met toeslagpartner" staat het bedrag dat geldt voor een situatie waarbij alleen sprake is van 2 partners.
Bijzonder inkomen en vermogen
U kunt de Belastingdienst vragen "bijzonder inkomen" (op www.toeslagen.nl vindt u een overzicht) niet mee te laten tellen voor de huurtoeslag. Zoek op "huurtoeslag bijzonder" en ga dan naar
"een nabetaling, uitkering of afkoopsom die niet meetelt voor de huurtoeslag". Daar vindt u ook een link naar het formulier "Verzoek bijzondere situatie huurtoeslag" waarmee u de aanvraag kunt indienen. Dit kan tot 5 jaar na het jaar waarin u bijzondere inkomen kreeg ( in 2021 dus voor de jaren 2016 t/m 2021).
Ook "bijzonder vermogen" kan buiten beschouwing blijven voor het recht op toelsagen. Denk bijvoorbeeld aan vermogen van pleegkinderen, vermogen van een minderjarig kind waar u niet
aan kunt komen door een zgn "BEM-clausule" (Belegging Erfenis en andere gelden Minderjarige) en bepaalde schadevergoedingen. Een vanwege de kinderopvangtoeslagaffaire ontvangen
compensatie telt de eerste 3 jaar ook niet mee voor de vermogenstoets (voor huurtoeslag, zorgtoeslag en kindgebonden budget). De nabetaling van kindgebonden budget vanwege herstel fout van de Belastingdienst over de periode 2013 t/m 2017 telt ook niet mee voor de toeslagen in het jaar erna (een nabetaling in 2020 telt dus niet mee voor 2021). Net als bij het bijzondere inkomen het
geval is, moet u zelf het verzoek indienen dat deze vermogensbestanddelen niet meetellen voor de toeslagen. (Vul hiervoor het formulier "Verzoek bijzonder vermogen toeslagen" in op www.toeslagen.nl Ook deze aanvraag kunt u indienen tot 5 jaar na het jaar waarin van dit bijzondere vermogen sprake was.
10%-regeling
Heeft u niet het hele jaar een toeslagpartner of medebewoner? En is diens inkomen na zijn of haar vertrek of de beeindiging van het partnerschap hoger? Dat kan bijvoorbeeld het geval zijn als uw kind na de studie de deur uit gaat en (meer) geld gaat verdienen, of als uw ex na de scheiding een hoger inkomen krijgt dan toen u nog bij elkaar was. Als hoofdregel telt dat extra inkomen mee voor uw toeslagen, maar dat kunt u in sommige gevallen voorkomen op grond van de zgn. "10%-regeling". Ook als uw toeslagpartner overlijdt, kunt u een beroep doen op de 10%-regeling (en wel als de toeslag op diens naam stond en uw eigen inkomen meer dan 10% is toegenomen, bijvoorbeeld als gevolg van nabestaandenpensioen).
Details over deze rgeling vindt u op www.toeslagen.nl, zoeken op 10%-regeling. U vindt dan ook het formulier "verzoek 10%-regeling voor toeslagen". U kunt de aanvraag tot 5 jaar na het jaar waar het verzoek over gaat !
Heeft u hulp nodig? HEJO Advies & Administratie voorziet u graag van advies en helpen u bij het aanvragen van de diverse toeslagen. Neem NU contact met ons op via onze contactpagina op deze website !!